VISIE OP VOEDING

Wat voedt ons

Mensen zijn geen machines die een brandstof nodig hebben om te functioneren. Een mens lééft. En heeft dus voeding nodig die dit leven ondersteunt en sterkt.

Voeding is meer dan een optelsom van eiwitten, vetten, zetmeel, vitamines en mineralen. Levensmiddelen bevatten levenskracht. Wortels dragen het verhaal in zich van de bodem waar ze zijn gegroeid, van de andere gewassen op de boerderij zonder welke de teelt van aardappels niet mogelijk zou zijn, van de mensen die het wortelras hebben ontwikkeld. Melk draagt het verhaal in zich van de koe en haar kudde, van de vruchtbare akkers die zij met haar mest heeft gegenereerd, van de vogels die insecten uit haar koeienvlaaien hebben gepikt, van de bijen die de bloemen in haar wei hebben bezocht. Als we eten en drinken, ontmoeten we deze verhalen, we verteren ze, ze voeden ons.
De manier waarop Rudolf Steiner in de Landbouwcursus over voeding vertelt, is heel anders dan we gewend zijn. In de vierde voordracht zei hij: ‘Het grootste deel van wat we dagelijks eten, dient er helemaal niet voor om als substantie in het lichaam te worden opgenomen. Het grootste deel dient ervoor om de krachten die erin besloten zijn aan het lichaam af te geven, om het lichaam tot activiteit aan te zetten. (…).'

Levenskracht ordent

Hoe kunnen we ons daar een voorstelling van maken? Alles wat leeft bouwt een bepaalde ordening op, een structuur die zichzelf in stand houdt en die groei mogelijk maakt. Gaat het organisme dood, dan valt die structuur weer uit elkaar. Deze ordenende, organiserende kracht kun je ‘levenskracht’ noemen. Als mens bouw je levenskracht op vanuit je voeding, maar het is niet zo dat ‘plantenlevenskracht’ rechtstreeks als ‘mensenlevenskracht’ kan worden opgenomen. De structuur van bijvoorbeeld een rode biet wordt tijdens de vertering afgebroken en tijdens dat proces ‘lezen’ onze darmen hoe de biet was opgebouwd. Ons lichaam neemt onbewust het bouwplan van de plant waar. ‘De ordening van de plant helpt ons lichaam zich te ordenen’, legt antroposofisch diëtist Johannes Kingma uit in dit interview: Het gezondste dieet: brood, hoop en liefde

Vitale gewassen zetten ons aan het werk

Ilse van den Bosch, auteur en docent antroposofie en voeding, zegt het zo: 'Aan vitale gewassen heeft onze spijsvertering een hele kluif. Het is namelijk niet zo dat we de levenskrachten van onze maaltijd direct kunnen opnemen en toevoegen aan ons eigen energie-lichaam. De levenskrachten in de maaltijd dienen we tijdens de spijsvertering af te breken en dat doen we met ons energie-lichaam, etherlichaam of levenslichaam. En deze activiteit, het afbreken van de levenskrachten in onze voeding sterkt ons levenslichaam. Daar worden we vitaal van. Dan voelen we ons fit. Dit is een vergelijkbaar proces als wanneer je je fysieke lichaam traint door aan sport te doen. Hoe meer je traint, hoe sterker je fysiek wordt. Hoe vitaler de maaltijden zijn die we eten, hoe energieker ons levenslichaam wordt, door zijn eigen activiteit. Omdat we worden aangesproken en aan het werk gezet.' Ilse schreef over achtergronden van biodynamische voeding en over hoe je het werk van de boer voortzet in de keuken dit artikel: Dynamische Keuken

'Juist het soorteigene voedt ons'

Wat is kwalitatief goede voeding? Hoe neem je die kwaliteit waar? En hoe voedt die ons? Deze en meer vragen komen aan bod in het lentenummer van Dynamisch Perspectief (2022-1) over ‘Kwaliteit van biodynamisch voor aarde en mens’. Themaredacteur Ilse van den Bosch: ‘Voeding die met oprechte interesse voor het specifieke van het gewas of dier en in afstemming met bodem en de kosmos is geteeld, is voeding die zijn eigenheid heeft kunnen ontwikkelen. Aan deze eigenheid ontwikkelen wij autonomie en authenticiteit. Daar worden we op aangesproken.’

Aart van der Stel, huisarts: 'De onderliggende vraag waar we dan antwoord op willen hebben is: hoe gezond is deze plant of dit dier? Heeft de appel of de tarwe de kans gekregen om helemaal zichzelf te zijn in zijn ontwikkeling en wat heeft de tuinder of de boer gedaan om een zo geschikt mogelijk milieu voor die ontwikkeling te scheppen? Zoals ooit iemand het verwoordde: hoeveel sla zit er in sla? Dat nemen we waar. Dat ‘proeven’ we met onze darmen.'

Tessa Bonnema, natuurdiëtist: 'Door het eten van een BD-product krijg ik het gevoel dat er in mij een ontmoeting plaatsvindt met een authentiek wezen en daardoor word ook ik meer gevoed en uitgedaagd in mijn authenticiteit. Na een goede maaltijd voel ik me rustiger op alle niveaus en voel me goed gevoed.'

Liesbeth Bisterbosch, voedingskundige: 'Het gaat er om dat het soortspecifieke van gewassen zich kan verwerkelijken. Voorwaarden hiertoe zijn een gezond bedrijfsorganisme en landbouwkundige maatregelen die de rijping bevorderen. Hoe meer de plant haar karakteristieke eigenschappen kan manifesteren, hoe meer ze haar oerbeeld kan verwerkelijken, des te sterker zijn de voedende krachten. Juist het soorteigene voedt ons.'

Dit veelzijdige nummer van Dynamisch Perspectief kun je hier lezen.